De tempels van Malta met Elly

Na een gezellige informatieavond genaamd “De tempels van Malta” raak ik zo enthousiast dat ik meteen een zesdaagse reis naar Malta heb geboekt.

Zaterdag 13 november vertrok ik met Malta Air naar Malta. De vliegreis duurt drie uur. Ik vertrok om half twaalf en inclusief de transfer arriveerde ik rond half vijf bij het appartement. Ik logeerde in Bugibba, een leuke stad aan de kust met genoeg restaurantjes om iedere avond een andere uit te kiezen.
Na het inchecken in het appartement nog even een wandeling gemaakt in het stadje en een hapje gegeten op een terras (wel met terrasverwarming 😉want in de avond is het wat kouder). Morgen staat de hoofdstad Valletta op mijn programmalijstje.

Zondag 14 november
Het was heerlijk zonnig weer zo’n 22 graden. Na het ontbijt ging ik met de bus naar Valletta. Het openbaar vervoer is prima geregeld op Malta. Ik betaal €1,50 voor een enkeltje. Vlak voor de stad Valletta kwamen we vast te staan in het verkeer en raadde de buschauffeur aan om het laatste stukje te gaan lopen. Het blijkt dat er een militaire parade aan de gang is vanwege Remembrance Day. Ik kon hier nog net het laatste gedeelte van zien. Dit is wel een ervaring om mee te maken en een extra cadeautje. Ik wil de St. John’s Co-Cathedral  bezoeken maar vanwege een dienst is dit niet mogelijk. Ik kom er snel achter dat op zondag veel gesloten is. Dat is geen probleem want het slenteren door de straatjes is al geweldig. Al die gevels met gekleurde overdekte balkonnetjes, de smalle steegjes en doorkijkjes maken veel goed. Ik ga naar de Upper Barracca Gardens om daar van het uitzicht te genieten. Er is op dat moment ook nog een klarinettist aan het spelen en een danspaar is er de tango aan het dansen. Heerlijk op een terras in de zon, genieten van dit alles!
Aan het eind van de middag weer terug met de bus naar Bugibba en daar in een restaurantje heerlijke verse vis gegeten.

Maandag 15 november
Vandaag ga ik met de boot naar het eiland Gozo om daar met de hop on hop off bus het eiland te verkennen. Helaas loopt het iets anders. Vanaf de boot stappen we wel in de bus maar rijden direct door naar de hoofdstad Victoria/Rabat waar we een uur vrije tijd krijgen. Dat is erg kort en ik heb er voor gekozen om de Citadel te bezoeken. Dat is net te doen in een uur. Je hebt vanaf de Citadel een prachtig uitzicht over het eiland. Met de bus gaan we weer direct terug naar de boot om vervolgens naar de Blue Lagoon te varen. Hoewel ik liever langer op het eiland Gozo was gebleven was het de moeite waard om dit ook nog te zien. Vervolgens weer met de boot terug naar Bugibba en onderweg genieten van een prachtige zonsondergang.

Dinsdag 16 november
Vlakbij het appartement word ik opgehaald door de hop on hop off bus om de south tour over het eiland te maken. Heerlijk boven in de bus via je oor telefoontje luisteren naar de geschiedenis van het eiland. De rit duurt ongeveer drie uur maar je kan onderweg uitstappen waar je wilt en de volgende bus weer verder nemen. Vanwege de tentoonstelling over de Tempels van Malta wil ik die wel graag bezoeken. Mijn eerste stop is dan ook de Tarxien Tempels & Hypogeum. Indrukwekkend om de opgravingen, die er zo gaaf uitzien, te bekijken. De tweede stop is het vissersplaatsje Marssxlokk met de gekleurde vissersbootjes. Heerlijk over de markt gelopen waar je kan proeven van Malterserse lekkernijen. Op een terras met uitzicht over het water geluncht. De derde stop is de Blue Grotto. De bedoeling is om de grot met een bootje te bezoeken, maar vanwege de ruwe zee varen de bootjes niet. Ik heb hier wel genoten van het uitzicht op de zee en de rotsen, prachtig om te zien hoe het geweld van de golven tegen de kust slaat.
Vervolgens terug naar Bugibba om daar in de avond weer een ander restaurantje uit te zoeken.

Woensdag 17 november
Vandaag de laatste dag op Malta, morgenochtend vlieg ik vroeg terug naar Nederland.
Er is nog genoeg te zien en dat is niet mogelijk op één dag. Ik kies ervoor om de stad Mdina, vroegere hoofdstad van Malta, te bezoeken. Wat een goede keuze! Dit is wel één van de hoogtepunten. Het is een prachtig Middeleeuws burchtstadje dat geheel ommuurd is met hele smalle straatjes. Ik heb de St. Peter’s Kathedraal bezocht, ook weer prachtig om te zien.
Vanaf Mdina met de bus naar Valletta gegaan want ik wil toch de St. John’s Co Cathedral bezoeken. Je betaald hiervoor €15,- maar dat is het meer dan waard. Je krijgt een audio guide mee zodat je het verhaal van de Maltezer ridders via een koptelefoon kan beluisteren tijdens het bezichtigen. Hier hangen ook schilderijen van de schilder Caravaggio. Indrukwekkend om te zien! Als laatste ook nog de St. Paul’s Cathedral bezocht. Dit is een Anglicaanse kathedraal. Met de bus weer terug naar Bugibba om daar nog voor de laatste keer heerlijk uit eten te gaan.

Ik heb enorm genoten van deze reis en ik had graag nog twee dagen extra gehad 😀

Beleef Italië mee met Fred

Reisverslag Fred - rondreis Italië juli 2021

Dag 1 en 799 kilometer op de teller

Gisteren bleken we gelukkig weer PCR negatief en dus konden we vandaag op weg naar Italië. 25 dagen door de mooiste streken en stadjes; heerlijk eten en drinken, maar ook luieren aan het strand. Jullie kunnen weer meelezen en mocht je enthousiast worden; de ReisMeiden boeken deze reis graag voor je.

Onze 1e stop is in Kempten, Zuid-Duitsland. Vlak voor Oostenrijk ligt Kempten er prachtig bij, met zijn mooie pleinen en uitgebreide keuze aan terrassen. Mooie stad met ruime keus aan hotels voor een overnachting. Wij kozen voor het mooie Der Fuersterhof, midden in het centrum. Goed hotel met mooie ruime kamers.

Bij het inchecken werd om de negatieve test gevraagd en moesten wij die even laten zien.

De rit ging voorspoedig tot we Stuttgart naderden en kilometerslange ellende begon. Ruim 2 uur extra reistijd, dus onze stop was zeer welkom.

Wij gaan ons laven en uitrusten. Morgen door naar Garda ……

Dag 2 en 1217 kilometer op de teller

De coronamaatregelen in Duitsland zijn nog net iets strakker. In ieder geval wordt er strenger gehandhaafd en volgen de Duitsers de regels strikt op. Zelfs bij het ontbijt word je geacht handschoentjes te dragen en stapt er, bijvoorbeeld, echt niemand bij je in de lift.

Tijd om naar Italië te gaan. De grens met Oostenrijk wordt vlot genomen en de grenswacht heeft, ondanks de 2-0 nederlaag tegen Oranje geen zin om Nederlanders te pesten. Net in Oostenrijk, bleek de pas die wij zouden nemen afgesloten en kwam Anky (ons navigatie-dametje) met een alternatieve route die slechts 10 km langer was. Zij heeft ervoor geleerd, dus de vriendelijk stem van Anky werd onze wegwijzer. 35 minuten later reden we echter weer in Duitsland!! Gelukkig was zij cum laude afgestudeerd en vlot reden we Oostenrijk weer in, maar nu wilde de grenswacht weten waar wij heen gingen. Ik had al wat zeer grappige opmerkingen voorradig, maar het chagrijn dreef van zijn gezicht en ik besloot gewoon Garda Italië te zeggen. Zijn arrogante smoelwerk en minachtende ‘weiterfahren’, doen een 2-0 nederlaag tegen Oranje zo lekker voelen!!!

De grens met Italië werd gekenmerkt door afwezigheid van ook maar één grenswacht. Met open armen ontvangen de Italianen hun toeristen.

Garda, een van de leuke stadjes in de zuidoosthoek van het Gardameer. We slapen in Villa Telli, een echte villa met adellijke grandeur. Prachtige kamer. Tijd om Garda te bezoeken. De kleine straatjes en prachtige boulevard zijn zeer goed bezet en op de terrassen is nauwelijks een tafeltje vrij.

We liepen naar een wijnhandeltje, waar wij vorig jaar een doosje wijn hadden gekocht. De eigenaresse kende ons nog en wist zelfs dat haar vader de wijn in het hotel had gebracht. Leuk en zeer knap, want we staan echt met een mondkapje voor en ik herken dan bijna niemand. Tijd om een heerlijk gekoelde witte Lugana te openen en te genieten aan de oevers van het Gardameer. Morgen gaan we varen……

Dag 3 en het is varen geblazen

Met de pont naar Malcesine, een vaartocht van 2 uur en 45 minuten. Eerst oversteken naar de oostkant van het Gardameer en dan langs stadjes, waarvan de naam in een gerenommeerde kaaswinkel een doorslaand succes zou zijn. Portese, Salo, Gardone, Maderno, Gargnano, stuk voor stuk pareltjes. Kleine stadjes met een piepklein haventje en kronkelige straatjes die achter elke hoek weer een verrassend beeld geven. Prachtige panden en heerlijke terrassen die uitnodigend een schaduwrijk plekje bieden. Dan weer het meer oversteken en uiteindelijk bij Malcesine van de boot.

Malcesine is één van de meest schilderachtige plaatsen aan het Gardameer en het heeft niet voor niets de bijnaam ‘Parel van het Gardameer’. Romantische doorkijkjes en prachtige oude panden wisselen elkaar af.

Een belangrijke bezienswaardigheid is het kasteel, Castello Scaligeri, dat steil uit het water oprijst aan de rand van Malcesine.

Vanaf de toren van het castello heb je op een hoogte van 70 meter een schitterend uitzicht over Gardameer en de oever aan de overkant, met steile bergen en plaatsen als Limone, Tremosine en Tignale. Aan de andere kant zie de imponerende Monte Baldo.

Bij Malcesine is ook het vertrekpunt van de Funivia Monte Baldo, de kabelbaan naar de top van de Monte Baldo. Tijdens de tocht draaien de cabines van de kabelbaan rond, waardoor je een mooi uitzicht naar alle kanten hebt. Het uitzicht op de top op het Gardameer en de omliggende heuvels is prachtig.

Genoeg toeristisch praat; tijd voor een overweldigende lunch en een goed gekoelde witte Lugana. Het is 33 graden en we moeten nog terug naar Garda en het is lang varen.

Misschien net op tijd om op het terras, met de Italianen naar het voetbal te kijken.

Al enthousiast geworden? De ReisMeiden willen je graag helpen.

Dag 4 en weer varen over de baren

Ken je die mop van dat stel dat naar Desenzano gingen? Ja, die gingen niet.

Op het Italiaanse vaarschema bleek dat onze geplande vaartocht naar Desenzano (op het door ons geplande tijdstip) alleen in het weekend ging. Het alternatief werd Lazise, niet heel toevallig ons meest geliefde stadje bij Garda. Dus onze vaartocht was redelijk kort.

Bij ons speelde nog steeds een voorval dat wij gisteren ervaarde bij Salo. Veel politie op het water en ‘mannen in witte pakken’ op de wal. Geen notie van wat er gebeurd was.

Later bleek dat 3 Duitse toeristen op het meer 2 lokale mensen hadden overvaren met fatale afloop en hier geen melding van hadden gemaakt. Wij oordelen niet en weten niet wat er precies heeft plaatsgevonden, maar triest was het wel.

Het trok een wissel op onze (lees: mijn) nachtrust, maar dingen zijn zoals ze zijn. Triest en tragisch.

Ok, we waren gebleven bij Lazise. Iedereen die er is geweest kent de plaatjes van de haven en de omliggende pleintjes, maar geloof mij: sprookjesachtig mooi en idyllischer kan het niet. Wij hebben echt veel gezien, maar Lazise heeft een plekje in onze top 3.

Met zware benen terug (kan meer oorzaken hebben) weer terug naar Garda en half Garda aan het werk gezet om het voetbal op een groot scherm te zien. Helaas, zelfs doekoes werkten niet. Dan maar op de telefoon, maar geen minder resultaat.

We sluiten af met een poll:

Wat is erger?

  1. Jankende kinderen
  2. Rokende terrasgangers
  3. Keffende …honden.
  4. A, B, C.

Morgen gaan we naar Cinque Terre……….

Dag 5 en 1497 kilometer op de teller

Na 2 dagen Gardameer vertrekken we richting Cinque Terre. Eerst een bezoek aan Borghetto sul Mincio. Dit kleine gehucht ligt op fietsafstand van Pesschiera sul Garda. Het is er prachtig. Overal bloemen en rond de resten van de burcht ligt Borghetto lieflijk en idyllisch op zijn gasten te wachten. Zo heerlijk plekje.

Dan door naar Bagnone, net boven La Spezia.

Bagnone maakt deel uit van het Nationale park van de Apennijnen en is een mooie en rustige plek om te bezoeken. De sprankelende rivier Bagnone, met zijn watervalletjes is erg fotogeniek.

Dan het laatste stuk naar Monterosso al Mare. In een volwassen bord spaghetti liggen minder kronkelingen dan in de weg naar Monterosso. Om draaierig van te worden. Smalle wegen; steile hellingen en enorm steile afdalingen, met in iedere bocht een tegenligger. Zeg maar: voor gevorderden.

Monterosso is erg druk. Aan het Garda was het al erg druk, maar hier kan je over de hoofden lopen. Gelukkig weten we hier ook een rustig pleintje te vinden en in de schaduw bij een wijnbar ons drankje te doen. Morgen gaan de andere stadjes verkennen.

Borghetto sul Mincio is een prachtig klein dorpje en zo lief. Zo bloemrijk. Zo idyllisch. Je moet er even geweest zijn. Het ligt op fietsafstand van Pesschiera sul Garda. Hier word je blij van.

Dag 6. Vandaag gaan we treinen in Cinque Terre

De Cinque Terre is een schilderachtige, rotsachtige kuststrook van 15 km die zich uitstrekt tussen Levanto en La Spezia. De naam verwijst naar 5 vissersdorpjes die zich op een spectaculaire manier als het ware vastklampen aan de steile, hoge kliffen.

De dorpjes zijn via het spoor aan elkaar verbonden en dat is veel makkelijker dan met auto de dorpjes te bezoeken. Zeer tijdrovend en geen parkeerplek te vinden. Een dagkaart kost je 16 euro en de treinen rijden zeer regelmatig. In Corniglia is een busrit naar het centrum inbegrepen. Je kan ook alles wandelen, maar dan moet je wel van wandelen, klimmen en klauteren houden. Wij prefereren de trein!!

Het eerste dorpje dat we aandeden was Riomaggiore. De kleurrijke huizen, grenzend aan het kleine haventje geven een bijzonder schouwspel. De kleine vissersbootjes dobberen rond, terwijl de toeristen krioelen door de smalle en steile straatjes.

Dan Manarola, het oudste en piepkleine dorpje. Zeer fotogenieke huizen, in alle kleuren van de regenboog, staan rond het kleine haventje in de zon te stralen.

Corniglia, anders dan de andere stadjes ligt het niet direct aan het water, maar torent op de 100 meter hoge klif boven zee uit. Kleine pleintjes en zeer creatief met de beschikbare ruimte omgaande maken de inwoners dit dorpje tot een waar spektakel.

Vernazza, het meest welvarende stadje, met de grootste haven. Hier is de ontmoetingsplaats de haven, waar een kerkje op het plein de toeristen, die via zee Vernazza binnenkomen, als ware omhelst en het dorpje inzuigt, om de prachtige huizen loggia’s te bewonderen.

In Monterosso al Mare, het grootste dorp van de Cinque Terre, vind je een lange boulevard die wordt geflankeerd door heerlijke stranden en volop horeca.

Hoog boven het dorpje ligt het Convento dei Frati Cappuccini, een uniek klooster dat echt een oase van rust is.

Cinque Terre, als je er eenmaal bent geweest, blijft de herinnering voor eeuwig.

Dag 7 en 1622 kilometer op de teller

Afscheid van Cinque Terre op zijn Freudiaans. De auto stond in een parkeergarage en gelukkig is mijn bijnaam: “het slangenmens”. Met veel draaien en Houdini ontsnappingen lukte het om de auto, schadevrij, naar buiten te krijgen. Ik had aan weerszijde van de auto minder dan 1 cm ruimte en de alarmering stond zwaar in het rood te hijgen. Dan naar het hotel, waar het betaalapparaat weigerde en na veel omhaal eindelijk de rekening voldaan kon worden. Dan via het ‘bord spaghetti’ naar de Autostrada met de waarschuwende woorden van de eigenaresse van onze B&B: “kijk uit, dalende Italianen zijn gek en geven geen ruimte in de bocht”. Het is allemaal gelukt, al was ik voor 09.30 uur helemaal door gezweten en was het stressniveau regelmatig in zeer rood gebied. De rit was 117 kilometer en eindelijk op de Autostrada bleken er veel wegwerkzaamheden en files te staan. Dus, totaal, ruim 3 uur onderweg. Hadden wij een huzarenstukje in de parkeergarage in Cinque Terre geleverd; deze in Pisa komt zeker in de top 3. De airco had mij net ‘droog’ geblazen maar na een rondje steegjes, poortjes en parkeergarage was mijn shirt weer zeiknat.

Inchecken ging snel en vlot, maar de kamer was nog niet klaar. Toen de receptioniste een alternatieve kamer aanbood, brulde Fred: “Ja, ja, doen we”. Hij had niet gehoord dat de kamer op de 4e etage lag en de lift stuk was….

Uiteindelijk zijn we, na een stevige wandeling, want ‘we wisten de weg’ toch op de Piazza dei Miracoli terechtgekomen.

Dit plein heeft niet alleen de ‘scheve toren’ als bezienswaardigheid; ook het Baptiserium, de Dom en het Camposantum zijn een bezoek meer dan waard.

Iedereen moet eigenlijk één keer dit schouwspel hebben gezien en beleefd. Deze gebouwen zijn al uit de 11e eeuw en nog steeds indrukwekkend. Bezoek ook het Piazza dei Cavalieri en dwaal door studentikoos Pisa. Heerlijke pleintjes en dito terrasjes. Wij hebben gekozen voor een rondrit met paard en wagen ‘als troost voor de ontberingen’. Noem het overdreven of decadent, maar wij hebben genoten.

Nu een wijntje op een schaduwrijk terras aan de Arno, de rivier die langzaam door Pisa stroomt…….

Dag 8 en 1739 kilometer op de teller

Om de parkeergarage uit te komen van ons hotel is wederom een staaltje ‘hoge rijschool’ getoond. Gelukkig is onze auto voorzien van 360° camera’s en kan je op de millimeter nauwkeurig manoeuvreren. De parkeeralarmering sloeg aan alle zijden vuurrood uit. Eenmaal op de binnenplaats, bleek de uitgang te zijn geblokkeerd en moest de kok uit de keuken komen om een auto van een gast te verplaatsen. De receptioniste waagde zich er niet aan. Nu weten we ook waarom we de autosleutel moesten afgeven. Het is hier passen en meten.

Eindelijk op weg naar Piombino. Deze stad is vooral bekend als vertrek- en aankomstpunt van de veerboten naar de eilanden Elba, Sardinië en Corsica. De meeste mensen zien daarom alleen de haven en daar doe je Piombino veel mee te kort. Sta erbij stil dat de grote Leonardo da Vinci de oude ommuurde binnenstad heeft ontworpen en de Etrusken hier al een nederzetting, Populonia, stichtten. De oude stadsmuur en prachtig poort, Torrione Rivellino, doen hieraan herinneren. Wandel door de schaduwrijke straatjes en geniet op de boulevard van het zicht op Elba. Elba, het is slechts 40 minuten varen, maar dat gaan we een andere keer doen.

Dag 9 en 1860 kilometer op de teller

Op weg naar Orbetello. Tijdens de rit keken we elkaar aan en vroegen ons af, waarom we eigenlijk dit stadje hadden uitgekozen. Wat was de reden van ons bezoek…….na lang verzinnen wisten we in ieder geval dat tijdens de jubileumuitzendingen van ‘Wie is de mol?’ dit stadje werd aangedaan. We konden er ons niet veel van herinneren en wisten dat het in de buurt van Porto Ercole ligt. Porto Ercole was jarenlang de vakantiebestemming van de Nederlandse koninklijke familie. In 1959 had prins Bernhard er zijn vakantievilla l’Elefante Felice laten bouwen. Als het goed genoeg is voor het koninklijk huis, dan zal het wel aan de C&F norm voldoen. Hoopvol reden we het dorp in en keken uit naar de vrijstaande villa, met terras, tuin en zicht op de zee………maar onze B&B bleek aan een treurig straatje te liggen. De eigenaar zat buiten op een bankje en toonde zijn trots op 2 hoog, in een uitgeleefd pand, was onze kamer, zonder enige luxe, zonder raam en bedompt en sfeerloos. Dit was toch echt anders dan de foto’s op Booking.com beloofden. Het zeezicht en terras(balkonnetje) was vertegenwoordigd aan een eetzaal die nog dieper triest dan je ergste voorstelling was. We moesten wel snel de auto verplaatsen naar de openbare parkeerplaats en dat was eigenlijk wel fijn, want hoe sneller we dat stinkhok uit konden hoe liever. Ok, we zullen er vannacht slapen, maar het is niet erg aanlokkelijk.

Dan Orbetello in……Ok, het heeft een paar aardige straatjes en een paar pleintjes, maar we kunnen er niet veel positiefs over zeggen. De beloofde flamingo kolonie was ook al niet thuis en dus is deze dag niet onze topdag geworden. Jammer, maar het is niet altijd raak. Wij malen er al niet meer om en maken er een eigen feestje van. We hebben slingers meegenomen. Morgen richting San Quirico…

Dag 10. 1980 kilometer op de teller

Vandaag trekken we het, door ons, zo geliefde heuvellandschap van Toscane in. Eerst naar Pitigliano. Het stadje torent hoog boven de tufsteen heuvel uit en maakt indruk met zijn aanblik. Dit is zo’n stadje, waarin je rond wilt lopen. Zeker als het de bijnaam ‘klein Jeruzalem’ draagt, word je nog nieuwsgieriger. Het stelde ons niet teleur. Mooie pleintjes en de bekende smalle Italiaanse straatjes en zeker het kronkelige ‘klein Jeruzalem’ waar trappen aan trappen grenzen en de poortjes en doorgangen laag en smal zijn. Superleuk.

Dan verder en steeds meer heuvels en fantastische vergezichten brengen ons naar San Quirico d’Orcia. Dit stadje ligt midden in de valle d’Orcia in de nabijheid van schitterende wijnstadjes, als Montalcini en Montepulciano en voormalige vestingsteden als Montecchielo. Hier wil je zijn! Dit is het Toscane waar wij zo van houden. Hier zijn de dorpjes mooier; is het eten lekkerder en komen de mooiste wijnen vandaan. Wij kunnen het weten.

Wij zullen op iedere reis naar Italië even San Quirico aandoen. 1 of 2 dagen het ultieme Italië gevoel ondergaan.

Dag 11. 2047 kilometer op de teller

Het is warm in Toscane. Vanmorgen bij het ontbijt was het al 31° en al snel liep het op tot 39°. Pffff, geen weer om op stap te gaan, maar mooi Toscane roept.

Eerst naar Pienza. Boven op een heuvel liggen de rijkdommen van Pienza uitgestald. De rijkdommen komen van de 15e -eeuwse paus Pius II, een inwoner van Corsignano, zoals Pienza toe nog heette. De duomo(kathedraal) en enkele palazzo’s zijn door hem neergezet en daar genieten wij nu nog van. De architecten hielden destijds geen rekening met het gewicht van de gebouwen en de heuvel, waarop Pienza ligt, is langzaam aan het bezwijken. Diverse reddingsplannen zijn al in uitvoering.

Dan door naar Montepulciano, zo’n 12 kilometer verder. Montepulciano genoot mee van de rijkdom in de streek en zeker in de 16e eeuw heeft de familie Medici heeft veel geld en cultuur in het stadje gepompt. Pittoreske straatjes en prachtige pleinen, zoals de Piazza Grande met zijn schitterende palazzo’s en duomo laten je genieten. Montepulciano is vooral bekend door zijn wijnindustrie. De goddelijke vino nobile komt hier vandaan. Wij hebben weer een paar heerlijke flesjes gekocht.

Dan maar weer door naar Monticchiello. Dit dorp is vele malen het slagveld geweest in de strijd om de macht in 13e-16e eeuw.

Het minder bekende en kleine, maar zeer zeker charmante en gefortificeerd dorpje uit de Middeleeuwen dat ook wel bekend staat als la terrazza della Val’Orcia, oftewel het terras van de Val d’Orcia. Hier is de vallei op zijn mooist. Dwaal even door de straatjes en geniet van het uitzicht vanaf de muur op de vallei.

Weer terug naar San Quirico en daar weer de rust van de ommuurde stad. In de schaduwrijke straatjes vind je weer rust en kan je, met een glaasje wijn, weer even genieten van de 60 kilometer van het rondje Valle d’Orcia. Wij vinden dit het mooiste stukje Italië (en over smaak valt niet te twisten). Morgen vertrekken we richting De Marche……..

Dag 12 en 2252 kilometer op de teller

We verlaten Toscane en rijden De Marche binnen. Langs het meer van Trasimeno naar Perugia en dan richting Ancona. 12 kilometer voor Ancona, ligt midden in het prachtige heuvellandschap het slaapstadje Staffolo. De oude kern is ommuurd en daar, in één van de nauwelijks straatjes ligt ons hotel. Staffolo zelf stelt weinig voor. Het heeft een prachtige belvedere met uitzicht op het schitterende dal. Verder valt er niets meer te melden. De restaurants zijn gesloten i.v.m. Covid 19 en gaan pas in augustus open. Er is 1 bar open en verder lijkt het een spookstad. De mensen zijn aardig en behulpzaam, maar zo gaat het in de horrorfilms ook altijd. Overdag aardig en in de nacht word je in je kamer aan bonken gesneden of slachtoffer van een satanisch ritueel. Nee, hier is geen horrorfilm in de maak, maar een stadje dat zwaar heeft geleden onder het Coronavirus. Relatief zwaar getroffen en de angst zit er nog goed in. Heel langzaam durven de mensen wel iets meer, maar vooral toeristen worden nog gezien als ‘wandelende besmettingshaarden’.

Ok, ik was bij de bar gebleven en daar hebben ze een heerlijke, gekoelde Verdicchio di Jesi, de wijn uit de streek. Heerlijk en alle horrorverhalen zakken weg, als we in het zicht over de vallei weg mijmeren. De Marche is prachtig.

Dag 13 en 2397 kilometer op de teller

Koude rillingen en een vest aan bij een temperatuur van 37°C. Dat is het verhaal van vandaag.

Vandaag begon beter dan dat we gisteren hadden afgesloten. Het restaurant, dat we wilden bezoeken, bleek ook al dicht. Eén stad, 3 restaurants en allemaal dicht. Het dichtstbijzijnde en geopende restaurant was op 14 kilometer en met een fles wijn in mijn mik is dat geen optie. Dan maar een koek en een bouillon. Goed voor de lijn.

Het ontbijt was fantastisch, dus we gingen goedgehumeurd en goed gevuld op pad. Op weg naar de grotten van Frasassi.

Grotte di Frasassi is een groot ondergronds grottencomplex dat is gelegen in een natuurpark in de Italiaanse gemeente Genga. Het grottenstelsel is pas in 1948 ontdekt en vanaf de jaren ’70 opengesteld. Nu is er een 1,5 kilometer wandelpad. Het is er 14 graden, dus Christhel had een vest nodig. Toch lopen de rillingen over je lijf bij het aanschouwen van al dat moois. Wat een verschrikkelijk mooie grot. We hebben al wat grotten bezocht over de wereld, maar deze komt met stip in de top 3. Wat een prachtig schouwspel. De foto’s kunnen nooit weergeven wat wij hebben gezien, maar we voegen er een paar bij. We hebben er een paar honderd gemaakt en het hadden er duizenden kunnen zijn. Hangend aan de staart van de groep kon Fred de tour afmaken, maar hij was blij dat hij weer verder kon naar de volgende bestemming.

De Marche is mooi en dat hebben we al gezegd, maar vandaag hebben we een deel bezocht dat ons helemaal heeft verrast. Werkelijk schitterend en meer ongerept dan bijv. Toscane. Op weg naar het superpareltje van de dag, Corinaldo, reden we door een prachtig gebied. Vergezichten, zonnebloemen en zelfs een veld lavendel. We hebben genoten en toen moest Corinaldo nog komen. Dit pareltje ligt er nog maagdelijk en ongeschonden bij, althans zo lijkt het. Toeristen komen hier nauwelijks en dat is echt zonde. Ok, je moet flink traplopen, maar dan krijg je ook wat. De zwaar ommuurde stad is vriendelijk en schoon. We waren onder de indruk. En toen was de dag nog niet eens voorbij.

Normaal logeren wij in Staffolo bij onze vrienden Giancarlo Tomassetti en zijn vrouw Adriana bij La Ciminiera. Echter, de leeftijd en Covid heeft hen doen besluiten te stoppen met de B&B. We gingen even langs en Giancarlo troonde ons mee naar zijn nieuwe appartement, binnen de muren van Staffolo (100 meter van ons hotel). Trots liet hij zijn prachtig verbouwde huis zien en we moesten beloven terug te komen en mogen dan van zijn landgoed gebruik maken. Met het hart gesproken Italiaans versta je altijd en met natte ogen namen we afscheid. Morgen gaan we naar Padua……

Dag 14. 2753 kilometer op de teller

Dag 14 begint goed. Het is 8 uur, Fred staat onder de douche en Christhel pakt alvast de koffer. Plotseling hevig geklop op de kamerdeur. De eigenaar van het hotel: “Jullie auto wordt weggesleept. Hij staat op de plaats van de markt.” Paniek!!! Hij zegt: “Geef mij de sleutels. Ik zet hem voor jullie weg”. Vlug de sleutels gegeven en Fred rende hem even later achterna. Eind goed, al goed. De auto staat buiten de poort en wij aan het ontbijt. Overigens staat er geen bord op de parkeerplaats, alleen dat er vanaf 1 juli een wegsleepregeling is voor ?????

Pffff, de dag is weer begonnen en dit incident snel vergeten. We beginnen aan de rit naar Padua. Na zo’n 350 kilometer, 3 files en erg veel opbrekingen, bereikten we Padua. Wij zitten midden in het historische centrum in de ‘zone limita’ op het Piazza dei Signori. Het is ook hier marktdag en alle pleinen staan vol met kramen en wij moeten onze weg vinden naar onze B&B. We vinden het snel, maar op aanbellen wordt niet gereageerd. We hadden een afspraak voor 13.00 uur en zouden dan naar onze gereserveerde parkeerplek worden begeleid. C&F zijn altijd op tijd, maar de gastheer was nergens te bekennen. Na even speuren een telefoonnummer gevonden en de gastheer gebeld. Hij was elders en kon niet naar de B&B komen. De deur wordt door een cijfercode geopend en op 1e verdieping ligt jullie sleutel. En parkeren? “Vlakbij is een openbare parkeerplaats. Daar sta je veilig”.

Ok, spullen naar boven en Fred gaat de auto parkeren. Had ik al gezegd dat het marktdag is en dus overal kramen? Slinger-de-slang tussen de kramen door op zoek naar de parkeerplaats. Alles eenrichtingsverkeer en drie keer de parkeerplaats zien liggen. Dan maar op z’n Nederlands en dwars, tegen de rijrichting in, toeterend en zwaaiend als een Italiaan naar de parkeerplaats en hij staat. Nog schadevrij en met alle ruiten intact. Ik ben benieuwd wat ik morgen aantref.

Padua, heeft een rijke geschiedenis. Dit komt vooral door de oude universiteit. De stichting van de universiteit in 1222 was van groot belang voor de stad. Zeer vooraanstaande wetenschappers, waaronder Newton en Galileo Galilei, hebben aan de universiteit gedoceerd.

De stad kent vele indrukwekkende pleinen zoals Prato della Valle, een van de grootste pleinen van de stad. Dit plein dateert uit de barok en wordt omgeven door beelden van illustere personen uit Padua. Fantastisch om rond te wandelen.

Vanaf het plein ben je, via de Via Umberto I met zijn mooie façades, in no time bij de architectonische gebouwen van het Piazza delle Erbe, het Piazza dei Frutti en het Piazza dei Signori, waar al duizend jaar iedere ochtend in de galerijen pittoreske markten worden gehouden.

Op ‘ons’ plein, Piazza dei Signori, staat de prachtige klokkentoren. Indrukwekkend gebouw. He he, genoeg gewandeld in 32°. Nu een wijntje en morgen richting Ponzano Veneto.

Dag 15 en 2849 kilometer op de teller

Gisteren en vannacht getuige geweest van een ware transformatie van Piazza dei Signori in Padua. Overdag een marktterrein en na 16.00 uur wordt het plein omgetoverd tot een mega-restaurant-plein en worden tafels, stoelen en parasols in no time neergezet. ‘s-Nachts, rond 02 uur, draait het proces en wordt het plein weer marktterrein. Echt leuk om te zien, maar minder om dat midden in de nacht te moeten horen. Nadeel van aan het plein zitten, maar maakt het niet minder aantrekkelijk.

Ik sta, met mijn afgetrainde en soepele lijf, bekend om mijn ‘moves’ op de dansvloer, dus toen ik vanmorgen mijn auto geheel onbeschadigd terugvond op de publieke parkeerplaats en een vreugdedansje maakte, werd mij direct een rol in een Italiaanse dansfilm aangeboden. Dat begrijpen jullie wel. Ok, ik was blij.

Vandaag richting Ponzano Veneto, maar eerst naar Bassano del Grappa. Dit heerlijke stadje staat vooral bekend om de Ponte degli Alpini (ook wel: Ponte di Bassano of Ponte Vecchio), een overdekte houten brug over de rivier de Brenta. Ontworpen in 1569 door de architect Andrea Palladio. De brug werd verwoest in 1748, maar drie jaar later weer opgebouwd. In 1813 werd de brug verwoest door de Franse troepen, en herbouwd; in 1945 door Italiaanse Partizanen (om de Duitse vijand te stoppen en te voorkomen dat de stad door de geallieerden zou worden gebombardeerd) en herbouwd door de Alpini. Een brug met lange geschiedenis en nog steeds de trots van Bassano del Grappa. Het stadje kent ook prachtige pleinen, verbonden door kleine straatjes. Heerlijk om doorheen te banjeren. Echt weer zo’n redelijk onbekend pareltje en wij waren er.

Nu in Ponzano Veneto. Het hotel, Relais Monaco, is fraai en voor ons een bewuste keus om, voor onze strandweek in Bibione, even een middag/avond heerlijk bij te komen van 15 dagen rondtrekken door Italië. Het hotel is fantastisch en heeft geweldige kamers. Lekker even alles afspoelen en klaarmaken voor de strandweek in Bibione.

Dag 16 en 2960 kilometer op de teller

De auto mag een week gaan uitrusten. Waren de eerste 2 dagen nog redelijk rustig, moest de auto vanaf dag 3 flink aan de bak. Klimmend, draaiend en flink vermogen gebruikend heeft hij ons weer overal veilig gebracht. Zijn waarschuwingssystemen draaiden overuren in het Italiaanse verkeer en zeker in de supersmalle straatjes en parkeergelegenheden waar je eigenlijk nog geen koffer zou neerzetten. Iedere ochtend stond hij braaf op ons te wachten en bracht ‘Anky’ ons foutloos naar de volgende bestemming. Hij heeft een week rust verdiend.

Vandaag voert de route ons naar de strandbestemming, maar eerst gaan we inkopen doen in Ponzano Veneto, bij de Panorama, een soort Makro/Sligro. De auto is volgestampt en er is ook wat wijn tussen de boodschappen verstopt. Je kan niet zonder komen te zitten en in dit wijnmekka is de keuze enorm en de prijzen erg vriendelijk.

Ok, dan is het eindelijk zover, dus op naar Bibione.

Bibione is een populaire badplaats tussen Venetië en Triëste in Italië die vooral bekend staat om haar prachtige goudgele zandstranden. Met name voor families met kleine kinderen is Bibione een ideaal vakantieadres. Het strand loopt hier namelijk heel geleidelijk af in de Adriatische zee en blijft ook daarna nog lang ondiep. Daarnaast is er op het strand van alles te beleven.

Op het 8 kilometers lange en 400 meter brede zandstrand van Bibione kun je je uitstekend vermaken, want naast luieren kun je er genieten van een lekkere lunch en meedoen aan verschillende sporten. Variërend van zeilen tot beach tennis. Ook is het strand uitgerust met allerlei faciliteiten, zoals ligbedden, parasols, strandtentjes, kleedruimtes, douches, en toiletten. Verder heeft dit strand een blauwe vlag keurmerk: een exclusief eco-label dat alleen wordt uitgereikt aan de schoonste stranden. Er is een niet-roken beleid op het strand. Bibione heeft verder een gezellig centrum waar veel winkels, bars, uitgaansgelegenheden en Italiaanse restaurantjes verspreid liggen.

De familie Griep (Christhel) komt al vanaf 1966 in Bibione!!!! Wij gaan er een weekje genieten.

Mocht je nu, na het volgen van onze reis, zin in zo’n vakantie hebben, de ReisMeiden willen je graag helpen om dit mogelijk te maken. Elke variatie op onze reis is mogelijk.

Dag 17, stranddag 1

Bibione heeft zo’n 100.000 bedden (hotels, vakantiehuizen en campingplekken) die in het hoogseizoen tot de nok gevuld zijn. Met name Duitsers, Oostenrijkers, Tsjechen vinden hun weg hierheen. Nu is Bibione vooral gevuld met Italianen. Vakantie in eigen land, wordt flink gestimuleerd door de Italiaanse regering. Vorig jaar kregen de Italianen zelfs een toeristencheque, ter waarde van € 500, te besteden binnen Italië.

Tijdens onze reis valt het op dat er enorm veel Italianen op reis zijn in eigen land. Niets mis mee.

Vanmorgen ging ik broodjes halen bij de supermarkt en liep gelijk met een Italiaan naar binnen. We begroetten elkaar en liepen naar de counter van de broodafdeling en sloten aan in de rij. Pal naast deze counter is de vleeswaren/kaasafdeling. Daar stond een Duitse vrouw met twee enorm vervelende kinderen. Kinderen mogen alles in Italië, maar ze moeten wel overal vanaf blijven. De twee bleven maar zaniken en allerlei goederen pakken en de slager had ze al 2 keer gewaarschuwd. Terwijl de vrouw nog vleeswaren aan het bestellen was, was bij het brood de volgende aan de beurt. De Duitse schreeuwde (want praten kon je het niet noemen) haar broodbestelling door. De Italiaan stak hier een stokje voor en zei, op kalme, maar niet mis te verstane toon, dat hij en dan ik aan de beurt waren. De Duitse bond in en bleef bestellingen voor vlees en kaas schreeuwen. De kinderen waren inmiddels overgegaan tot het openen van verpakkingen en wederom waarschuwde de slager haar weer. De Italiaan was snel klaar bij het brood en ik was aan de beurt. Wederom schreeuwde de Duitse haar bestelling door. De Italiaan kwam terug, ging op 20 cm voor de vrouw staan en in zeer rap en niet erg vriendelijk Italiaans maakte hij haar duidelijk dat zich diende te gedragen en beter op haar kinderen moest passen. De Duitse beende boos weg, haar kinderen aan de arm voortslepend en de Italiaan liet weten dat hij RESPECT hoog in het vaandel had staan. Statig wandelde hij weg en toen ik even later wegliep zag ik hem zitten bij het café, met een krant en een ‘doppio’. Hij groette mij. De Duitse liep toen nog verhit in de winkel en haar kinderen hadden de speelgoedafdeling gevonden en namen vast een voorproefje.

Ik vind het niet erg dat er veel Italianen op vakantie zijn……..

Het was heerlijk vandaag op strand. Lekker kunnen genieten van de zon, al was het redelijk bewolkt. Fijn dat we onze vriendin, Chantal De Mattia weer gezien hebben.

Dag 18 en stranddag 2

Ik moest vanmorgen even een berichtje beantwoorden en daarvoor kopieerde ik een stuk tekst dat ik eerder had geschreven. Terwijl wij richting strand liepen dacht ik over het gemak van de hedendaagse techniek na. Knippen, plakken en kopiëren zijn ons echt tot gemak. Ik liep het strand op en kreeg ineens een brainwave. Het hele strand ligt vol met kopieerapparaten. Ik zie mannen en vrouwen, met hun kopietjes op het strand liggen. Geweldige apparaten, die uitstekend hun werk doen. Verder lopend zie ik ook: toner leeg; papier vastgelopen; vlekkerige inkt en gescheurd papier. Ook het menselijke kopieerapparaat functioneert niet altijd perfect. Je moet echt aan de goede knoppen zitten voor een goed resultaat. Je kan ook overduidelijk zien als er een andere monteur aan de machine heeft gerommeld.

Of wat denk je als een ander lettertype is gebruikt of het ‘vet’ of ‘cursief’ heeft nog aangestaan. Het zijn geen foutloze machines en het vergt nog wat om de perfecte kopie te krijgen. Eén ding is zeker: copuleren en kopiëren klinken alleen bijna hetzelfde.

Dag 19 stranddag 3

Het is warm en benauwd in Bibione. De temperatuur gaan ver boven de 30° en er is nauwelijks wind. Het zeewater is bijna 28° en voelt aan als uilenzeik. In de schaduw moet je niet bewegen, want je loopt leeg. We drinken liters water om gehydrateerd te blijven, anders raak je onwel. Het heeft zondagnacht flink geregend en daarna is de lucht geklaard en is er een hittefront Italië binnen gedreven. De komende dagen wordt het nog iets warmer.

Niet te veel bewegen, schaduw opzoeken en veel water drinken. De verhouding water vs. wijn is nu wel uit balans. Vanavond hebben we een tafel gereserveerd, pal voor de televisie en hopen dat de sfeer geweldig wordt en dus een positief resultaat voor Italië. Het EK-voetbal leeft hier niet echt, maar in de restaurants is het vechten voor een tafel voor de televisie.

We houden het kort. Het zweet gutst alweer van mijn lijf…….

Dag 20 en 21, stranddagen 4 en 5

De beleving van de Coronamaatregelen is, hier in Italië, geen hot item. Sinds een week mag je buiten zonder mondkapje lopen en is het alleen verplicht binnen in openbare gebouwen, openbaar vervoer en supermarkten en restaurants. Iedereen houdt zich eraan, al zie je op terrassen nog wel eens een dissonant. Geen probleem, mits je maar afstand houdt. Men is gelaten en zuinig op de eigen gezondheid. Het vaccineren leidt niet tot massaal protest en men heeft, bij de allereerste golf, hier zwaar geleden. Er zijn toen serieuze maatregelen genomen en die werden en worden door het volk gedragen en opgevolgd. Ik vroeg aan een Italiaan, hoe dat nu komt. “Allereerst moet je je niet druk maken bij 30°+. Ten tweede kunnen we toch allemaal zien dat de maatregelen nodig zijn en werken. Ten derde is Italië een grijs land en wil niemand zijn opa of oma besmetten.”

Eigenlijk is het simpel hier. Je moet je niet zo druk maken. Doe wat nodig is en zeur niet.

‘Gallina che canta ha fatto l’uovo'(de kip die kakelt, heeft het ei gelegd), zoiets als, je bent zelf verantwoordelijk voor de onzin die je uitkraamt.

Heerlijk die Italianen.

Nog 1 dagje strand en dan gaan we weer naar huis. Bij die gedachte denk ik wel eens: “Laat ik niet een stukje thuis hier achter” Ik voel mij wel thuis in dit land, hoewel ik er niet zou willen wonen. Maar er zijn zaken en gewoon dagelijkse dingen die ik hier erg kan waarderen. Respect en ‘la dolce vita’.

Dag 22, stranddag 6.

Onze strandweek in Bibione is bijna voorbij. Nog een paar zonnestralen, de koffer pakken, huisje schoonmaken en uit eten en dan is het tijd om te gaan slapen, want morgenvroeg rijden we richting Duitsland, Pommersfelden. Aan het begin van de strandweek vertelde ik dat de familie Griep (Christhel) al vanaf 1966 hier op vakantie gaat. Nadat de kinderen ouder werden andere bestemmingen bezocht, maar vanaf 1998 is Bibione weer opgenomen in de jaarlijkse Italië-reis. Het is vooral nostalgie die ons hierheen brengt. Wij namen Pa en Ma Griep altijd mee op vakantie en zij waren altijd lyrisch over Bibione. Ik wilde dat ook eens meemaken en zo werd Bibione weer een vaste stek. Altijd maar een weekje, want langer is echt niet nodig. Bibione is nostalgie en brengt verder niets dan een geweldig strand. En natuurlijk Chantal De Mattia, die al die jaren werkzaam is in onze favoriete strandtent. Daar brengen we nogal wat uren door, zeker als het 30°+ op het strand is. Schuilen voor de hete zon en ons laven, dankzij de goede zorgen van ‘onze’ Chantal. Het is altijd fijn om haar weer te zien en het doet pijn om weer afscheid te nemen.

Bibione maakt zich klaar voor een grote invasie toeristen, die vanaf dit weekend worden verwacht. Duitsland en Oostenrijk krijgen nu vakantie en Bibione is zeer goed bereikbaar voor hen. Wij zijn dan op de terugweg en hebben nog net een rustige week op het strand afgesloten.\

Dag 23 en 3604 kilometer op de teller

Om 06.45 uur vertrokken uit Bibione en 15.25 uur, na 644 kilometer, gearriveerd in Pommersfelden, met slechts 1 (tank-)stop van 5 minuten.

Het was onderweg naar Duitsland niet ernstig druk, maar richting Italië stonden enorme files. In Oostenrijk scheen de zon en dan is het prachtig. Oostenrijk in de regen is geen feestje. Dus maar een paar foto’s van Oostenrijk in de zon.

Wij zijn in Duitsland gewend aan Baustellen en af en toe één van 10 kilometer draaien wij de hand niet voor om, maar toen wij een bord bij Erlangen van 76 kilometer Baustelle zagen staan zakte de moed in onze schoenen. Gelukkig gaat die Baustelle in delen en konden we na de eerste 15 kilometer de snelweg af naar Pommersfelden. Morgen beginnen we dus met de resterende 61 kilometer Baustelle. Lekker vooruitzicht.

We zitten nu in het strafbankje. We hadden geen negatieve test bij ons en zitten nu bij Friedrich Hofmann te wachten op de uitslag van de sneltest. Gelukkig hebben we er een wijntje bij en na een kwartiertje mogen we ons weer ‘negatief’ noemen.

Vanavond aan de wienerschnitzel van Rosemarie Höfmann en dan is Pommersfelden weer een compleet feest geweest.

Dag 24 en 4260 kilometer op de teller

De reis is ten einde, Schiedam is weer bereikt. De laatste kilometers van Pommersfelden naar Schiedam zijn altijd de langste. Bestond er maar een reisknop, als je die indrukt je direct op de plaats van bestemming bent. Helaas. De rit begon met de resterende 61 kilometer Baustelle, waar we gisteren in belandde. Na een halfuurtje ging er een waarschuwingslampje branden en bleek de bandenspanning van mijn linker achterband te laag of afwijkend. Even controleren bij de eerstvolgende benzinepomp en er wat lucht bijgedaan. Was niet lek ofzo, maar 0,3 atm. lager dan mijn rechterachterband. Probleem opgelost en tot in Schiedam geen afwijkingen in bandenspanning meer gehad.

Wel heel opvallend dat er direct een auto met Roemeens kenteken voor ons ging staan en enkele Roma’s plotsklaps behulpzaam wilden worden. Op ….-stralen in zeven verschillende talen was afdoende, maar, kijk uit, op de Duitse Autobahn bij de parkeerplaatsen, benzinepompen en restaurants. Ze roven je spullen waar je bij staat.

De reis is weliswaar ten einde, maar er blijft een gelukzalig gevoel. We hebben zoveel mooie plaatsen bezocht; schitterende streken doorkruist en geweldige mensen ontmoet. Wij kijken zeer tevreden terug op onze reis en hopen dat jullie een beetje mee hebben kunnen kijken en lezen.

Wij gaan de auto leeghalen, wijn in de wijnklimaatkast opbergen en dan, met een wijntje alles de revue laten passeren. Tot de volgende reis…….

Op reis met Fred … bijzondere ontmoetingen en bijzondere mensen.

Tijdens onze rondreizen door Italië komen wij regelmatig in Staffolo. Staffolo ligt op 12 km van Ancona, iets landinwaarts, in het prachtige heuvellandschap van De Marken. Het is nu niet het dorpje dat je persé moet hebben gezien, maar het ligt gunstig ten opzichte van stadjes als Ancona, Loreto, Jesi en het schiereiland Conero en ook de grotten van Frasassi. Wij kwamen er in 2012 voor het eerst en logeerden in La Ciminiera Country House. Deze prachtige B&B werd beheerd door Giancarlo en Adriana Tomassetti, een ouder stel die nauwelijks tot geen andere taal dan Italiaans spreekt. Zij werden toentertijd ondersteund door een Amerikaanse studente die als een ‘personal assistent’ het echtpaar hielp. Giancarlo was hele dagen druk bezig met het creëren van zijn dromen, door onder andere een kunstmatig meer, een wellness en een theater(tje) op zijn landgoed te bouwen. Zijn fantasie kende geen grenzen. Adriana was bezig met het beheer van de B&B en de gasten. Een geweldig lief echtpaar; zeer behulpzaam en enorm gastvrij. In de loop van jaren werd ‘onze’ kamer voor ons alvast gereserveerd en was het een feestje om het landgoed op te rijden. Giancarlo zag ons in de verte aankomen en riep Adriana alvast naar buiten om ons hartelijk te begroeten. Geen koele begroeting, maar één uit het hart. Een innige omhelzing, waarbij hun hart ons omsloot. De taalbarrière werd beslecht door wat woorden Engels/Duits, Italiaanse handgebaren en Google translate.

In 2019 namen Giancarlo en Adriana ons mee uit eten (we waren immers al jaren vaste gasten) naar een echt Italiaanse Osteria Vino e cucina in Staffolo. De osteria wordt uitgebaat door een vrolijke dame die in zeer rap Italiaans de menukaart en specialiteiten aan je voordraagt. Voordragen, want bij haar rappe Italiaans maakt zij gebaren of geluiden, die ons laten weten of het rund-, varkens- of konijnenvlees is. En omdat alles door haarzelf vers wordt bereid, krijg je altijd veel te veel, maar o zo lekker eten. Omringd door alleen maar Italianen is eten een feest. Niet goed voor de kilo’s, maar wat een liefdevolle ontmoetingen zijn dat.

Wij hebben een onvergetelijke avond gehad, want ondanks alle taalproblemen werd er vanuit het hart gesproken en dat is een universele taal, die grenzen, verschillen en oorlogen overwint.

Giancarlo en Adriana hebben hun B&B gesloten, vanwege de Covid-19 pandemie en hun hoge leeftijd. De risico’s waren te groot geworden. Deze zomer gaan we weer naar Staffolo en gaan zeker de onze vrienden in La Ciminiera bezoeken.

Reissouvenir van een jonge reismeid

Ik mis het reizen enorm en kan zo verlangen naar nieuwe indrukken, andere geuren, onverwachte vergezichten en andere culturen. We zouden “as we speak” nu op reis zijn in “Down Under”. Een reis waar we jaren naar uitgekeken hebben en hard voor gespaard/gewerkt hebben. Helaas door Covid-19 zitten wij nu in Tuinlandia in plaats van te genieten van vergezichten op de Great Ocean Road, kamperen we niet in de buurt van Uluru, trekken we niet met een camper van Cairns naar Sydney. Uithuilen; verstand op nul en doorgaan; hopen dat we in de toekomst deze reis ooit een keer kunnen maken.

Maar vanochtend las ik een berichtje in de krant dat me direct aansprak: we kunnen in gedachten reizen aan de hand van de souvenirs die we in de loop der jaren verzameld hebben: Ik keek rond in mijn reiswerkkamer en daar stond een van de souvenirs die mij direct terugbracht naar lang vervlogen tijden.

Een muziekinstrumentje uit Kameroen in de vorm van een inheems beeld.

muziekinstrument uit Kameroen

Kameroen wordt ook wel “Heel Afrika in één land “genoemd omdat er echt alles te vinden is in dit prachtige land: Van Sahel en savannen in het noorden; vulkanen, regenwouden en stranden in het zuiden.

Begin jaren negentig (echt een eeuwigheid geleden) waren Henk en ik nog jong en redelijk onervaren reizigers. We hadden destijds met z’n tweeën al twee x een maand met een Interrail kaart Europa doorkruist (poehpoeh!), hadden een week in een resort op Bonaire doorgebracht en hadden gebackpackt door Egypte, maar dat was het wel zo ongeveer.

Vrienden van ons woonden en werkten destijds in Kameroen; en wat is er nou mooier en leuker (en goedkoper) dan bij vrienden in een “vreemd” land te verblijven. Ter voorbereiding zijn we naar het Tropenmuseum in Amsterdam gegaan (dit was nog 10 jaar voor de start van Wikipedia!), we regelden onze inentingen (niemand die ons vertelde dat je het inentingsboekje ook daadwerkelijk mee moest nemen naar je vakantieland!) en lazen we alles dat los en vast zat over Kameroen. We konden alleen met onze vrienden in contact komen als zij op het hoofdkantoor in Douala waren of als zij in Nederland waren. Verder konden we hen bereiken per post (die er vervolgens 6 weken over deed om daar aan te komen). We spraken vier weken voor vertrek af dat zij ons op zouden halen van het vliegveld; datum en tijd. We hoopten dat het goed zou komen……

We dachten dat we wat wisten van Kameroen doordat we er veel over hadden gelezen. Daarnaast stippel ik alles van tevoren uit, wat kan/moet er mee (vriendin zou jarig zijn, dus haar familie vroeg om cadeautjes voor haar mee te nemen), wat willen we zeker zien, hoe gaan we zelf reizen etc.; dus alles was geregeld😉. Maar niets bereid je voor op de overrompeling van het land.

Doordat ik alles graag goed organiseer had ik voor de zekerheid onze inentingsboekjes in onze handbagage zitten. Deze moesten we direct bij de eerste officiële vliegveldbeambte (met gevaarlijk uitziende mitrailleur) laten zien. Twee medereizigers van onze leeftijd hadden zich wel in laten enten tegen Gele Koorts, maar hadden hun inentingsboekjes niet bij zich. Deze werden zonder pardon op het eerste vliegtuig teruggezet. Daar schrokken we wel van. Onze koffers hadden we vol zitten met echte Hollandse etenswaren voor onze vrienden. D.E. koffie, kaas, krentenbrood etc. Natuurlijk moesten onze koffers open en werd alles er uitgevist, er werd aan geroken, in geknepen en mocht ik vertellen in mijn beste Frans (met zwetende handen, bang voor de wapens én dat het in beslag genomen zou worden) wat het was: fromage, café ennuh… krentenpain?? Gelukkig mocht alles terug de koffer in; maar deze zwaar bewapende, norse man was onze eerste overrompelende kennismaking met Kameroen.

Onze vrienden stonden ons gelukkig op te wachten en namen ons mee naar het hoofdkantoor van het moederbedrijf in Douala, alwaar we de eerste nacht verbleven. Het was zo leuk om hen te zien en hun verhalen te horen over hun leven in dit prachtige maar ongrijpbare land. Hun huis in de jungle, dicht in de buurt van de plaats Kribi ligt op ruim drie uur rijden van Douala en aangezien het al avond was, was het niet verstandig om die rit in het donker te maken. De volgende dag haalden we de benodigde boodschappen voor de komende 4 weken(!!!!, zo vaak maak je deze rit niet (de enige supermarkt in de buurt stond destijds in Douala) en arriveerden we in de middle of nowhere, bij een prachtig klein huisje vlakbij het bedrijf waar onze vriend werkte. Wat een prachtige omgeving! Onze kamerplanten groeiden hier gewoon in het wild, de papaya’s net als de bananen en de avocado’s (nooit eerder in Nederland gegeten) haalde je uit de boom als je ze nodig had. De jungle was adembenemend. Al die kleuren, onverharde dieprode wegen, uit het niets komen kleurrijke mensen in fleurige kleding, onherkenbare geuren. Een adembenemende ervaring. Er hing een heerlijke hangmat tussen twee palmen in hun tuin en daar genoten we van de geluiden en de geuren van de jungle; als we hadden geweten dat een giftige slang zich had genesteld tussen de schubben van de boom(zoals later bleek), dan hadden we daar niet zo rustig kunnen liggen genieten.

Met onze vrienden bezochten we een Pygmeeën dorp diep in de jungle, eerst met een boot de rivier af, dan mensen sigaretten geven zodat ze je door de jungle leidden en je uiteindelijk aankomt bij het dorpje. Echt pygmee klein. Bijzonder hoe deze mensen nog steeds leven in hun eigen wereld ver weg van wat wij de wereld noemen. In Kameroen werden we tijdens de ritjes met de auto regelmatig aangehouden door de politie (zwaarbewapend) omdat wij: of achterin de pick-up zaten, of omdat de zak aardappels gevaarlijk stond, omdat het licht niet goed stond, omdat we een bepaalde sticker niet hadden….. Er was altijd een reden om ons (Blank, dus rijk?) aan te houden voor iets dat niet mocht en waarvoor betaald moest worden. Een ervaring die wij heel spannend vonden, iedere x opnieuw; maar onze vriend wist hen altijd breed glimlachend te overtuigen van het tegendeel…… of ze toch iets toe te stoppen als het te lang ging duren…..

Na een heerlijke ontspannen week bij onze vrienden hebben we onze backpack ingepakt en zijn we er zelf op uit getrokken, wel met spanning in ons lijf, want dit is zo’n ander land dan we gewend zijn en ons Frans is abominable niet toereikend; maar goed……. Met een boemeltrein gingen we van Douala naar de hoofdstad Yaoundé. Langs de rails zagen we dat er “bushmeat” verhandeld werd; we hadden er over gelezen, maar om het met eigen ogen te zien en te ruiken, is toch een heel ander verhaal. Het maakte ons verdrietig en misselijk, maar snappen ook dat dit de levenswijze is van de mensen hier.

In Yaoundé aangekomen ontdekten we lopend de drukke stad met haar prachtige kleuren. Ik weet wel dat wij de stad met haar drukte een bezienswaardigheid vonden, maar ook wij bleken een bezienswaardigheid te zijn. Hordes mensen bleven maar om ons heen dartelen, boden van alles aan en terwijl wij op zoek waren naar een taxi, zaten onze rugzakken in de ene taxi en wij in de andere….. Help! We hebben ons zo goed en zo kwaad als het ging er weer uitgewurmd, vriendelijk blijven lachen, en konden na wat gemopper van andere taxichauffeurs bij onze rugzakken instappen. Alstublieft, rijden graag……en snel….

In Foumban aangekomen aten we gefrituurde termieten op de markt…. Tja, knapperig, maar voor herhaling vatbaar? Uh non, merci bien! We bezochten het paleis van de Sultan van Bamoun. De sultan zelf zat in de deuropening en werd koelte toegewuifd door een bediende met een grote palmtak. Het paleis bestond uit leem en we mochten zowaar binnen kijken. We zagen de troon van de sultan bestaande uit dierenhuiden, schelpen en veel kralen, slagtanden van olifanten, schilden van dierenhuiden, muziekinstrumenten versierd met veel kralen etc. Prachtig. Onderdanen liepen af en aan en bogen voor de sultan en vroegen hem dingen, waarna ze weer vertrokken. Wat een verschil met onze westerse wereld. Maar zo imposant en indrukwekkend. Door Kameroen heen waren destijds verschillende sultanaten/Koninkrijkjes, die ieder hun eigen regels en wetten hadden. We reisden door naar Dschang, waar de Bamileke stam woont en we de mooie Afrikaanse hutten bezochten.

Met onze vrienden hadden we weer in Douala afgesproken, aangezien onze vriendin jarig was. De cadeautjes uit Nederland vielen in de smaak tijdens een etentje. Diezelfde avond namen we een binnenlandse vlucht naar Maroua. We hadden een 3 daagse tour geregeld die ons het noorden van Kameroen zou laten zien mee. Onze eerste stop was Rhumsiki. Hier hebben we onze muziek souvenir gekocht en heel veel andere souvenirs omdat de kinderen die ze verkochten echt te schattig waren 😊 en de armoede ervan afstraalde. Het dorp Rhumsiki bestaat uit kleine Afrikaanse hutten met een dak van stro. Het wordt bewoond door de Kapsiki, een volk dat nog volgens de oude tradities leeft. Er zijn grillige rotsformaties die het tot een prachtige plek maken. Wij verbleven aan de rand van het Waza National Park in een prachtige lodge met uitzicht over de vlaktes waar de wilde dieren aan ons voorbijtrokken. De volgende dag maakten we onze eerst safaritocht; een onbeschrijfelijk mooie ervaring. Voor het eerst van ons leven zagen we olifanten in hun natuurlijke habitat (en niet achter het ijzeren hek van Blijdorp) en dat staat me nog steeds heel helder voor ogen, het kabaal dat ze maakten, de geur, het opstuivende zand; de complete ravage die ze achterlieten, wanneer de kudde olifanten door het bos was getrokken. We zijn zelfs nog te voet achter de olifanten aangegaan met een gids. Dit was echt zo ongelooflijk spannend; zo bang om een geluid te maken of dat ze ons zouden ruiken/zien maar overweldigend prachtig. Onze eerste “live” giraffen, hartedieren, marabou’s, gazelles. Een weergaloze ervaring.

Na drie dagen vlogen we terug naar Douala, stil van alle indrukken die we hadden ervaren. We verbleven we nog een weekje bij onze vrienden. We maakten een regenwoud tocht, waar we leerden dat je levende termieten /mieren van bomen kunt plukken om het achterlijf te eten = zuur, dus dat is goed als je dorst hebt. Heb je nog meer dorst, dan kap je een liaan doormidden, want ook daar zit drinkbaar vocht in. Helaas hebben we deze wijze levenslessen nog niet toe kunnen passen in ons huidige leefomgeving…… Tijdens deze tocht vertelden de gidsen verhalen over de grootste slangen die in deze jungles leven (uh, mag ik weer terug naar de bewoonde wereld?) klommen we omhoog, zodat we uitzicht hadden over de toppen van het regenwoud. Wat voel je je dan klein en nietig om te kunnen genieten van de schoonheid van de wereld; en als tegenpool: wat maakt dat regenwoud een kabaal! Oorverdovend.

In die laatste dagen beklommen we een waterval die in zee uitmondt, genoten we van de zee, elkaar, de smaken en de geuren van Kameroen.

Zomaar een bewuste reisherinnering bij het zien van een souvenir die al jaren bij ons in de kast staat.

Heb jij ook zo’n souvenir die je direct terugbrengt naar het land? We horen graag je verhaal!

Stay safe and healthy en groetjes,

Herma

9 daagse vakantie in Tibau do Sul, Natal (Brazilië)

In december 2019 zijn wij naar Tibau do Sul op vakantie geweest in het kleinschalige Marinas Resort. De vlucht is vanaf Schiphol met een tussenlanding op Tenerife. Tibau ligt aan een prachtige lagune die uitmondt in de turquoiseblauwe zee en je vindt er een fantastisch zandstrand. En in deze periode heerlijk rustig. Kilometers wandelen op je blote voeten zonder iemand tegen te komen. Vanaf het strand hebben wij dolfijnen en schildpadden zien zwemmen. Het blijft een fascinerend gezicht deze tuimelaars uit het water te zien springen.

Op het park zie je klauwaapjes (Mico’s) vrolijk spelen in de bomen. Het resort heeft eenvoudige en gerenoveerde bungalows. Het is aan te raden iets meer geld uit te geven voor de gerenoveerde huisjes. Een jacuzzi maakt het wel compleet. Wij komen in het donker aan en lichtelijk gedesoriënteerd kan je de omgeving niet zo goed inschatten. Na het diner in het restaurant is het relaxen met een drankje. De zon is al vroeg op en het tijdsverschil in deze periode 4 uren. Wanneer je naar buiten kijkt, is het uitzicht adembenemend. Dit wordt genieten van onze vakantie. Een hagelwit zand, frisgroene kokospalmen, kortom een prachtig uitzicht en een temperatuur van rond de 30 graden. De watertemperatuur is al net zo gunstig. Alle ingrediënten om in de winter onze zonnevitamines in te nemen.

Bezienswaardigheden en activiteiten Tibau do Sul

Wij hebben de relaxdagen op het strand en aan het zwembad afgewisseld met leuke uitstapjes om deze regio van het wonderschone Brazilië te ontdekken. Een bezoek aan de hippe badplaats Pipa is een aanrader. Pipa ligt op slechts 8 kilometer afstand en je bent er met de taxi binnen een kwartier. Wandelen is ook mogelijk. Daar doe je wel een uur en drie kwartier over. Pipa heeft een hippiesfeer is gezellig druk, heeft goede restaurants en bars, leuke winkels en vrolijk gekleurde huisjes. Wij zijn met de taxi teruggegaan. Dit kost je 30 real (ca € 8,00).

Vanuit Tibau do Sul kun je ook op de boot stappen om de prachtige lagune, dolfijnen en spectaculaire zonsondergangen te ontdekken. Wij hebben ook kokkels gevist en deze zijn aan boord geserveerd. Een echte aanrader.

Wij hebben dagtocht geboekt waarbij wij een aantal bezienswaardigheden, zoals kerkjes, dorpjes en een bananenplantage hebben bezocht. Na de uitstekende lunch volgt een avontuurlijke buggytocht door de zandduinen met een aantal hele leuke stops. Een klein museum van zeedieren. Het Colameer en een proeverij van lokaal gestookte likeuren.

Ook een bezoek aan het natuurpark Sanctuário Ecológico de Pipa is de moeite waard. Een keurig verzorgd reservaat waar je een mooie wandeling kunt maken en verschillende dieren en planten kunt bekijken. Wij zijn met de taxi er naar toe gegaan en via het strand wandelend terug. Tussendoor wel een duik nemen in het water en voldoende water meenemen.

Wij hebben genoten van de zon, het strand, het resort, de Braziliaanse omgeving en mensen. Zeker voor herhaling vatbaar.

La Palma (blog van een klant)

Voor het eerst vliegen we eind april naar één van de Canarische eilanden: La Palma. Dit eiland wordt ook wel La Isla Bonita genoemd en is zo mooi bezongen door Madonna, lang, lang geleden.

We hebben via Connyreizen een pakket-deal geboekt van vlucht, autohuur en verblijf in een heel fijn huis aan de voet van een nationaal park. Het huisje ligt in een botanische, goed onderhouden tuin met 13 andere huisjes en we kunnen gebruik maken van een heerlijk zwembad met ligbedden en een kleine bibliotheek vol Nederlandstalig leesvoer. Er zijn barbecues onder een schaduwrijk terras met uitzicht op de rotswanden van de Caldera de Taburiente (de grote vulkaan op het eiland) aan de ene kant en de stad Los Llanos de Aridane aan de andere kant beneden ons.

De eerste indruk van het eiland heeft niet meteen een wauw-factor en toch ook weer wel. Het intrigeert door haar veelzijdigheid. Hier en daar armoedig door hekwerken en puinhopen daarachter, maar daartussen mooi geverfde huizen met oranje daken en geen grote hotelcomplexen maar alleen laagbouw. Daar omheen rijden we langs prachtige vegetatie met zóveel bloemen en planten die alleen maar hier voorkomen of die wij alleen kennen als kamerplant. Bijzonder om te zien dat de kerststerren hier in het wild groeien en de kamerficus hier uitgroeit tot een prachtige boom met korte, dikke stam.

We blijven hier een week met onze tienerdochters en houden van een actieve vakantie. Hier kunnen we alle kanten op. De reusachtige krater, de Caldera, beslaat het grootste deel van het eiland. Met zijn 9 km. doorsnee en basaltwanden van 1500 meter hoog is het één van de grootste kraters ter wereld. We maken een wandeling over de kraterbodem, rijden met de auto naar boven om een korte rondwandeling te maken bovenop de vulkaan met prachtige uitzichtpunten en rijden op een dag naar de hoogste top, Roque de Los Muchasos (2500 meter) om boven de wolken uit te steken en zelfs andere Canarische eilanden kunnen zien liggen. Op deze rots vind je verschillende observatoria van de sterrenwacht omdat de lucht hier zo helder en schoon is en de condities zo goed om sterren te zien, zwarte gaten op te sporen en allerlei onderzoeken te doen. Die bollen en spiegels zijn een bijzonder beeld in het maanlandschap waarop we lopen.

We bezoeken de steden Los Llanos en Santa Cruz voor wat winkelplezier, terrasjes en een lekkere lunch en gaan in de namiddag naar het strand. Geen witte bounty-stranden hier maar zwarte lavastranden die daardoor ook weer bijzonder (en heet!) zijn.

Overal op het eiland zie je bananenplantages op terrasvormige rotsen, hét exportproduct van La Palma.  In het zuiden van la Palma is in de jaren 70 nog een kleine vulkaan actief geweest. De lava bleef 3 weken vloeien en hierdoor is de omgeving kaal en zwart. Zwarte steentjes, zwarte rotswanden, zwarte keien. Het lijkt alsof dit in geen 45 jaar is opgeruimd door iemand, behalve om plaats te maken voor een bananenplantage tussendoor. We bezoeken het bezoekerscentrum bij Los Canarios waar je een goede uitleg over het ontstaan van het eiland krijgt en op de rand van de vulkaan kan lopen en in de krater kan kijken. Inmiddels groeien hier weer dennenbomen in.

Op de zuidpunt vinden we na het zwarte landschap glinsterend witte zoutpannen waar 800 ton zout per jaar nog gewonnen wordt op traditionele wijze.

Helemaal in het Noorden vinden we sprookjesachtige bossen met zoveel kleuren groen! Een heel andere wereld waar je ook weer heel veel, goed aangegeven wandelingen kan volgen, net als over het hele eiland. We volgen in het oosten bij Las Tricias een wandeling van 3 uur die ons leidt langs eeuwenoude drakenbomen en grotwoningen met spiraalvormige tekeningen van oerbewoners.

La Palma is een veelzijdig eiland waar wij enorm van genoten hebben!

Stedentrip Moskou en Sint Petersburg

Wow, wat zijn Moskou en Sint Petersburg twee bijzonder mooie en verschillende steden. Moskou is een moderne wereldstad waar je geweest moet zijn. Sint Petersburg is de culturele hoofdstad met de indrukwekkende Hermitage en bijzondere kathedralen en paleizen. Wij hebben de hoogtepunten van deze Russische steden verkend in een zevendaagse rondreis.

Moskou is het kloppend hart van Rusland met het prachtige Kremlin en kan eenvoudig concurreren met andere Europese hoofdsteden. De brede straten met kenmerkende stenen Oostblok gebouwen afgewisseld met 18e en 19e eeuwse kleurrijke gebouwen. Sint Petersburg (tijdens het communisme Leningrad geheten) is na Moskou de belangrijkste stad. Je ervaart de Europese wortels in iedere straat waar je loopt.

Wij hebben gevlogen met Pobeda Airline vanaf Keulen. Prima te doen. Binnen 3 uur ben je in Moskou. Van Moskou naar Sint Petersburg hebben wij de trein genomen. Een reis van bijna vier uren met de moderne sneltrein. Uiteindelijk de terugvlucht vanaf Sint Petersburg terug naar Keulen. Wij hebben in het goed aangeschreven Troyka hotel overnacht in Moskou. Binnen een kwartier ben je lopend bij het Kremlin. In Sint Petersburg hebben wij overnacht in het uitstekende Soko Sokos hotel overnacht, voorzien van een spa. Heerlijk wanneer je de hele dag onderweg bent geweest en kan bijkomen in de sauna, bubbelbad en het zwembad.

De transfers zijn in Rusland erg goed geregeld en de kosten vallen mee. Zeker in Moskou.

Visum voor Rusland

Om Rusland binnen te mogen is wel een visum nodig. ConnyReizen heeft als motto ontzorgen en kan de visumaanvraag volledig voor je verzorgen. Wil je dit zelf doen dan moet je meerdere keren naar het Russisch consulaat om het visum aan te vragen en op te halen. Daarbij zijn verschillende papieren en verklaringen nodig om het visum te krijgen. Om een visum aan te vragen is ook een uitnodiging nodig van het hotel in Rusland noodzakelijk. Sommige hotels brengen dan kosten in rekening. Binnen 2 weken heb je een Russisch visum in je paspoort.

Bezienswaardigheden in Moskou

Moskou is een uitgestrekte wereldstad met 12,5 miljoen inwoners. De stad heeft indrukwekkende bezienswaardigheden met als hoogtepunt het beroemde Kremlin en de Basiliuskathedraal. Het centrum van de stad is het Rode Plein met het Kremlin (de parlementsgebouwen) met vele prachtige tsarenpaleizen en kathedralen. Deze prachtige kerken van de tsaren mag je niet vergeten te bezoeken. Op dit plein hebben vele historische gebeurtenissen plaatsgevonden en vooral in de laatste helft van de vorige eeuw is het plein beroemd geworden door de militaire parades ten tijde van het regime van de Sovjet-Unie. Het plein is 700 bij 130 meter groot. In het midden staat het Mausoleum van Lenin, een piramideachtig monument van rood graniet. De Basiliuskathedraal grenst aan het Rode Plein en is gebouwd in opdracht van Iwan de Verschrikkelijke. De kerk is erg indrukwekkend en heeft diverse torentjes en  verschillende kleuren.

Vergeet niet verder te kijken dan de Kremlinmuren en bezoek de warenhuizen op het plein. Het beroemde warenhuis Gum mag je zeker niet missen, alleen al door de prachtige architectuur. Het 253 meter lange gebouw uit 1894 lijkt door het glazen dak op een grote broeikas; het telt drie lange passages, ieder met een eigen kleur.

Wij zijn anderhalve dag geweest in Moskou. Wil je nog langer blijven bezoek dan zeker het beruchte KGB-Complex en het Witte Huis. Wandel ook in de gezelligste straat van Moskou: de Arbat-wandelpromenade. Verder is een bezoek aan het mooiste klooster van Rusland het zestiende eeuwse Maagdenklooster aan te raden. Bezoek ook de prachtige metrostations met hun chique kroonluchters, veel marmer, sierlijk stucwerk, fresco’s, glasbeschilderingen en beeldhouwwerken.

Bezienswaardigheden in Sint Petersburg

Na het prachtige Moskou hebben wij de trein genomen naar tsaristische Sint Petersburg. Sint Petersburg is werkelijk een prachtige stad en heel rijk aan historie. Sint Petersburg is opgebouwd uit 50-100 eilanden, met elkaar verbonden door bruggen. Je herkent de Nederlandse invloeden in de stad zoals de bruggen en grachten. Het sneeuwde tijdens ons verblijf. Dit maakte de stad extra sprookjesachtig en een onvergetelijke ervaring met de in de avond schitterend verlichte paleizen en kerken.

Het cultureel erfgoed van Sint Petersburg is indrukwekkend. Een snel overzicht kan je krijgen door een citytour te nemen. In de Hermitage vind je de grootste verzamelingen kunstschatten ter wereld. De achttiende eeuwse Kazankathedraal en de Izaakskathedraal met hun imposante koepels zijn opvallende herkenningspunten. Evenals de opvallende Bloedkathedraal die is gebouwd op de plek waar tsaar Alexander II werd vermoord. Ook de engel op de 123 meter hoge torenspits van de Petrus- en Paulusvesting is één van de belangrijkste symbolen van de stad. In de kathedraal zijn de overblijfselen van vrijwel alle Russische tsaren en tsarinnen in crypten te vinden.

Wat wij niet konden doen door de bevroren rivier de Nevda is het bezoeken van het Petershof. Zeventig kilometer ten westen van de stad. Petrodvorets is het imposante zomerpaleis van tsaar Peter de Grote. De fonteinen in de paleistuinen zijn de mooiste ter wereld (in werking van eind april t/m september). Een mooie reden om een keer terug te gaan.

Egypte

Egypte heeft eigenlijk heel laag gestaan op onze lijst van landen waar we nog naar toe willen. De onrustige situatie in dit deel van de wereld en zeker ook de voorvallen in Egypte hebben daar aan bijgedragen.

De realiteit is anders en de veiligheidschecks zijn duidelijk waarneembaar. In het vriendelijk Marsa Alam bij de Rode Zee hebben we een heerlijke week doorgebracht in het Hilton hotel. Decadent? Jazeker. Bij de vraag: Upgrade? kunnen wij ons niet inhouden en verblijven we deze week in een te grote suite. We werken veel en hard. Klagen daar zeker niet over. Het is handig ook tijd voor jezelf in te ruimen. Qualitytime en dat mag ook wel met enige luxe. Geloof me, dat went heel snel. Het leven van een zelfstandige brengt ook mee dat je bereikbaar wilt zijn voor je klanten. Je ontkomt er niet aan om te werken tijdens de vakantie. Dat is helemaal niet erg. Het zijn wel veel minder uren dan gebruikelijk.
Er is veel te beleven wanneer je van zee, zand en zon houdt. Ook cultuur is er volop in een van de oudste beschavingen van de wereld. Een dag excursie naar Caïro is goed te doen. Drie uur met de auto naar Hurghada, een uur vliegen naar Caïro en een korte stadsrit van 30 minuten. Het is het dubbel en dwars waard. De slaap halen we later wel in. Fantastisch om oog in oog te staan met de vele opgegraven tombes en beelden. Met als absolute hoogtepunt het masker van Toetanchamon. 11 kilo puur goud. Verboden te fotograferen helaas. Het bezoek aan de piramides van Giza is zeer indrukwekkend. Deze eeuwenoude graven. Ik ben benieuwd naar de begrafenispolis. Hoewel die toch lastig te lezen is.
Bij het snorkelen, duiken is net even een stap te ver, ontdek je de mooiste vissen, zeekoeien, schildpadden, zeeslangen, roggen, koraal etc. Wat een palet van kleuren! Zeer indrukwekkend.
En dan nog iets over de gastvrijheid. De mensen die wij hebben ontmoet zijn zeer gastvrij en makkelijk in de omgang. En de verhalen van een opdringerig volk? Daar hebben wij geen ervaring. Integendeel.
Kortom: Egypte heeft veel te bieden en is een aanrader.

Blog “Fietsen op Kos”

foto van Connyreizen.
Keuze genoeg als het gaat om het kiezen van een fietsverhuurder op het eiland Kos. Straten vol verhuurders met fietsen die staan te wachten om het eiland over te rijden.
Kos-stad binnenrijdend is het uitkijken dat je geen verwarde toerist om rijd die een foto maakt van de idyllische haven. Met een Grieks muziekje op de achtergrond passeer je een typische Griekse poort omvangen door een prachtige paarse bougainville. Je proeft het voorjaar. Rijen tafeltjes onder bomen met mensen die genieten van de middag. Wijn, bier en vooral lekker eten. Een groot dienblad gevuld met mandjes brood, olijfjes en tzatziki komt voorbij zetten. Dat nodigt natuurlijk uit om ook een Grieks hapje te eten.
Na een riante lunch met lokale specialiteiten vervolg je je weg en waan je je in stad met kleine straatjes waar veel gegeten en gedronken word. Soms even afstappen voor een vrachtwagen vol groente en fruit. Het volgende moment rij je over het fietspad langs de kust met leuke restaurantjes, hotelletjes en appartementjes. Een klein meisje loopt met wat muntjes een ijssalon binnen met vers schepijs. Ze koopt er een ijsje en loopt blij de deur uit.
Kortom een complete verrassing van een veelzijdig eiland wat als fietseiland zeker zijn naam verdient en waar je met een koffer vol herinneringen naar huis gaat.